Een bonte verzameling
niet gepubliceerde verhalen, gedichten en
andere literaire losse flodders
van Sytze Backer
Samengesteld door
Sytze Backer
Bavel (980118-19)
Ruud Stam was die dag begonnen zoals hij de laatste
weken iedere doordeweekse dag begon: om een uur of elf
had hij zijn bed verlaten, was naar het toilet gegaan
en had daarna voor zichzelf een boterham gemaakt,
terwijl de koffie pruttelend vorm kreeg. Nog verdoofd
van zijn, inmiddels vertrouwde tot-ver-in-de-ochtend-
slaap, sloeg hij de koppen van de krant gade.
‘Meer vluchten op Schiphol mogelijk’
Zijn vrouw Gwen had die ochtend behalve de krant een
complete, maar gebruikte ontbijtopstelling op de
keukentafel achtergelaten, zoals gebruikelijk. Haar
woorden van gisteren trokken langs zijn hoofd: ‘Zorg
dat je de personeelsadvertenties goed uitpluist. Op
vrijdag staan er behoorlijk wat in.’ Ze bedoelde het
goed, wist Ruud, maar er zal wel weer niks bij zitten.
Verveeld bladerde hij door de krant, de inhoud ervan
was niet aan hem besteed.
Het economische katern boeide hem nog het minst, bol
als het stond van de succesverhalen over vette
bedrijfswinsten, mega-fusies en almaar stijgende
beurskoersen, een in Ruuds ogen bijna buitenaardse
wereld, schril contrasterend met zijn eigen realiteit.
Zijn baantje, jarenlang met niet aflatend plichtsbesef
vervuld, was op de tocht gekomen door een
reorganisatie. Maar, hij mocht blijven. Toen was er de
overname door een grote Amerikaanse company. Langzaam
begon er een andere wind te waaien. Dure arbeid werd
afgestoten, goedkope in het buitenland gezocht.
Efficiency. Ruud kon gaan, een fleurige toekomst als
flexwerker tegemoet. Een paar maandjes hier, een paar
maandjes daar, een paar maandjes nergens. Speelbal van
economische krachten.
De gedachte om een paar dagen thuis te blijven, wat
bij te komen, stond hem wel aan. Wat administratieve
zaakjes afhandelen, een oude vriend opzoeken, naar z’n
moeder gaan, een boek lezen... Ja, vooral een boek
lezen.
Terwijl Ruud zijn tweede koffie aan het inschenken was
viel zijn oog op het boek. Een paar hoofdstukken, vol
goede moed, daarna was hij het weer verloren.
Hij zat maar net een paar minuten achter zijn
computer, toen hij een bekend geluid hoorde: Gwens
auto! Het kwam hem voor als een anachronisme, daar zij
normaliter pas tegen zessen thuiskwam.
De motor sloeg af en Ruud wist dat ze furieus zou
zijn. Onmiskenbaar was hij nog maar net uit bed en het
was overal in huis een bende.
‘Ruud Stam!’ De voordeur viel dicht met dezelfde
intonatie als haar welkomstgroet.
‘Hi Gwen. Is er iets loos? Je bent zo vroeg.’
Gwen slingerde haar jas over een stoel en keek Ruud
bedenkelijk aan.
‘Je gaat me niet vertellen dat je net uit bed bent.’
‘Ehm, nou ja. Net uit bed... dat niet direkt. Ik heb
het op mijn gemak gedaan, was eigenlijk net bezig de
krant...’
‘Jaja, er stond zeker niets in van je gading.’
‘Precies. Wat je zegt. Maar, je hebt me nog niet
verteld waarom je vroeg bent.’
‘Dat vertel ik je zo dadelijk. Maar eerst ga jij
douchen en jezelf aankleden. Je trekt iets makkelijks
aan, want we gaan weg.’
‘Weg? Waarheen dan?’
‘Doe nou maar wat ik zeg. Dat merk je straks wel.’
Behendig stuurde Gwen de comfortabele stationcar de
stad uit. Ruud draaide het volume van de radio terug -
altijd als Gwen de auto gebruikte, had ze de radio op
de verkeerde zender ingeschakeld, zo'n station met
disc-jockeys die zich tot hun luisteraars richtten als
waren het een stel randdebielen. Hij nam een
pepermuntje uit een rolletje dat op het dashboard heen
en weer rolde, bood er Gwen ook een aan.
‘Je maakt me wel nieuwsgierig. Kom op, Gwen. Waar gaan
we naartoe?’
‘U-uh. Even geduld nog.’
Op hetzelfde moment verlieten ze de snelweg. Het kalme
suizen van de autobanden op het asfalt was overgegaan
in het geraas van klinkers. Na enkele kilometers over
binnenwegen te hebben gereden minderde Gwen vaart.
Aanvankelijk dacht Ruud dat zijn vrouw hem naar een
nieuwe opdracht zou brengen. Onder de douche voelde
hij een soort juichstemming. Een soort ‘zie je wel,
het komt allemaal op zijn pootjes terecht’ gevoel.
Maar hoe verder van de snelweg Gwen reed, hoe meer
Ruud het gevoel bekroop dat het geen oplossing betrof
voor zijn tijdelijk zakelijke pauze.
Gwen parkeerde de auto op een smal landweggetje, vlak
naast een toegangshek.
‘Je kunt me nu toch wel vertellen waar het om gaat,
Gwen?’ probeerde Ruud voorzichtig.
‘Kom.’
Zag Ruud daar een gemeen glimlachje op haar gelaat?
Gwen en Ruud liepen het landgoed op. Ruud kende zijn
vrouw eigenlijk niet anders. Vol met verrassingen,
soms een beetje geheimzinnig, mysterieus. Ze was als
een kasteel, waar je al jaren in woonde, maar iedere
keer ontdekte je weer nieuwe vertrekken.
Ergens bij het huis, zo’n dertig meter verder, sloeg
een hond aan. Even hield Ruud in. Hij trok aan Gwens
arm.
‘Kom nou maar,’ sprak ze.
Gedwee volgde Ruud, eigenlijk alleen maar omdat er
weinig anders op zat. De voordeur van het huis werd al
geopend nog voordat er werd aangebeld. Een jonge
vrouw, ergens voor in de dertig, stond in de
deuropening. Het was een eigentijds type, gekleed in
een nauw sluitend mantelpakje, subtiel opgemaakt
gelaat, moderne bril, het montuur moet geen koopje
zijn geweest.
‘Hi Gwen. Kom binnen.’
Ze deed een stap opzij.
‘En dit,’ haar hand uitstekend naar Ruud, ‘zal je man
zijn, waarover je vertelde. Ruud, is het niet?’
‘Aangenaam. Ruud Stam.’
‘Hetty. Hetty Vermeer. Kom binnen en let niet op de
rommel.’
‘Ruud weet nog van niets,’ zei Gwen, toen het drietal
enige tijd later aan een reusachtige grenen
keukentafel had plaatsgenomen.
‘Och, werkelijk? Helemaal niets?’
Hetty keek Ruud meewarig aan. Deze schudde zijn hoofd.
‘Nee. Ik heb zelfs geen tipje van de sluier opgelicht.
Nietwaar, schat?’
Ruud knikte beamend. Inwendig had hij er spijt van dat
hij Gwen zonder meer haar zin gegeven had. Liever had
hij haar tot enige mededeelzaamheid gedwongen, voordat
hij bij haar in de auto was gekropen. Nu zat hij hier
en bekroop hem het onheilspellende gevoel dat er
dingen gebeurden die zich geheel buiten zijn
invloedssfeer om voltrokken.
‘Toe maar.’ Hetty ging rechtop zitten. ‘Vertel jij het
dan, Gwen?’
‘Goed. Hetty en ik moeten je wat vertellen, Ruud.’
Sluit u zich vandaag nog aan
bij de snel groeiende groep mensen die niet willen weten
hoe dit verhaal verder verloopt!
Zij blijven passief
en laten niets van zich horen!
Doe als zovelen!
En geniet vandaag nog
van de geweldige voordelen die dit biedt!
Regelmatige bijeenkomsten met grote kortingen
op vele produkten!
Produkten die u anders nooit gekocht zou hebben!
(980708 Gb)
"Braken met Joop Drankhekke"
(981104 Satékid Tilburg)
INT. BEHANDELKAMER DIERENARTS
Terwijl zijn ASSISTENTE de behandeltafel fatsoeneert opent
de DIERENARTS de deur van de wachtruimte.
DIERENARTS
Volgende!
Vanuit de wachtruimte komt een MAN met een POES in zijn ene
en een kleine KOFFER in zijn andere arm. De DIERENARTS trekt
de deur van de wachtruimte achter zich dicht en gebaart de
MAN de POES op de behandeltafel te zetten.
DIERENARTS
(tegen MAN)
Komt u nu alweer voor haar kut?
MAN
(toont koffer)
Neen, dierenarts. Het is haar VIOOL
dit keer.
Lêstafel
Leestafel
Reading-table
Werom / Terug / Back